Blog: Borstvoeding in de eerste week.
De eerste week na de geboorte van je baby is een emotionele, bijzondere en soms uitdagende periode. Alles is nieuw, zowel voor jou als voor je kleintje. Een van de belangrijkste aspecten in deze eerste dagen is het op gang brengen van de borstvoeding. Deze blog neemt je mee door de eerste 8 dagen van borstvoeding, met praktische tips en inzichten.
Dag 1: De eerste voeding
De eerste 24 uur hoef je nog niet zoveel te doen, wel zul je er versteld van staan hoe wakker jouw kindje is. Het is voor je baby van levensbelang dat hij zijn voedselbron veiligstelt. De weg van de geboorteplek naar je borsten legt je kindje in principe zelf af. Hoe bloter hoe fijner voor je kindje. Zorg voor huidcontact en je kindje zal zichzelf aanleggen!
Dat je baby zelf de weg vindt, is van enorm belang voor het slagen van de borstvoeding. Je baby doorloopt namelijk zijn reflexen in de aangeboren volgorde: hij stippelt zijn route uit om nu en in de toekomst zichzelf te kunnen voeden aan je borsten, dit heet de rooting-reflex.
Tip
Het is voor je baby het makkelijkst om zijn weg te vinden als zijn hoofdje iets hoger ligt als zijn billetjes. Ga dus zelf een beetje rechterop zitten met een kussen in je rug of een rugsteun. Zorg ervoor dat je gezicht en borsten hoger liggen dan je heupen.
De eerste melk die je lichaam produceert, colostrum, is goudkleurig en rijk aan voedingsstoffen en antistoffen. Het is een krachtig middel om je baby’s immuunsysteem een boost te geven.
Dag 2-3: Zoeken naar ritme
Het voeden zal in frequentie toenemen: je baby zal slapen en steeds bepaalde momenten wakker zijn en je borst zoeken. Deze dagen kunnen uitdagend zijn. Dit fenomeen heet clusterfeeding en helpt je melkproductie op gang t brengen. Het aantal voedingen kan oplopen tot 12 of meer.
Tip
Natuurlijk leg je hem in de buurt van je borst, maar laat hem het laatste stukje zelf doen. Ook als hij er wat mee worstelt. Niet helpen, wel geduld oefenen. De volgende keer zal hij het zich herinneren en het beter doen: reiken, mond open, happen en drinken.
In de baarmoeder werd je baby continu voorzien van voedingsstoffen. Eenmaal beland op aarde gaat alles anders. Je baby zal nu zijn eigen ritme moeten creëren en zal zich vaak melden om even een slokje te nemen.
Dag 3-4: Stuwing en melkproductie
Vandaag realiseer je je misschien pas echt wat er de afgelopen dagen allemaal is gebeurd. Dit kan best wat emoties oproepen. Dit is heel normaal en wordt ook wel ‘kraamtranen’ of ‘babyblues’ genoemd.
Je borsten gaan nu zichtbaar veranderen, ze worden vol, rond en kunnen gespannen aanvoelen. Hoewel dit ongemakkelijk kan zijn, is het een teken dat je lichaam goed reageert. Regelmatig voeden helpt om de spanning te verminderen.
Tip
Als stuwing pijnlijk is, kun je warme kompressen gebruiken vóór het voeden en koude kompressen na het voeden. Masseer je borsten zachtjes en zorg dat de baby de borst goed leeg drinkt.
Je baby zal inmiddels ook wat meer tijd nemen om te drinken. Hij krijgt de smaak te pakken, letterlijk en figuurlijk. De ontlasting van je baby zal ook veranderen. Het plassen gaat ook maar door. Hoe meer plasluiers hoe beter. Het is een duidelijk signaal dat je baby goed drinkt.
Dag 5-6: Leren samenwerken
Laat anderen, als het even kan, de boel maar regelen. Jij hebt na de zwangerschap en de bevalling nu de verantwoordelijkheid voor het voeden. En dit gaat steeds beter zul je inmiddels merken. Je baby en jij leren steeds beter samen te werken. Je zult merken dat je baby meer kracht heeft ontwikkeld en langer achter elkaar kan drinken. Zijn maag is groter geworden. Eerst had die nog het volume van een knikker, maar inmiddels kun je ervan uit gaan dat deze de grootte heeft van een kleine pingpongbal met de inhoud van 30ml.
Tip
Let op de signalen van je baby, zoals sabbelen, zuiggeluiden of smakken. Dit zijn vroege tekenen van honger. Wacht niet tot je baby huilt, want dat kan het aanleggen lastiger maken.
De ergste stuwing zal op dag 6 voorbij zijn. Na het voeden hoef je je niet meer af te vragen aan welke borst je baby ook alweer gedronken heeft, want die borst voelt zachter dan voor het voeden. Je raakt gewend aan het toeschietreflex en je baby zit vast weer op, of zelfs een stukje boven zijn geboortegewicht.
Dag 7-8: Vertrouwen opbouwen
Na een week is het normaal dat je je nog steeds afvraagt of alles goed gaat. Weet dat het tijd kost om borstvoeding onder de knie te krijgen. Vertrouw op je lichaam en blijf in contact met je baby. Je mag trots zijn! Zonder tussenkomst van anderen heeft je baby geregeld dat hij voldoende en regelmatig te drinken krijgt.
Tip
Zorg goed voor jezelf. Eet gezond, drink voldoende water en rust uit waar mogelijk. Een ontspannen moeder heeft meer kans op een succesvolle borstvoedingsreis.
Het is en blijft een wonder, dat nieuwe leven, maar het voelt intussen vast ook al weer wat gewoner, dat nieuwe wezen erbij in huis. Geef jezelf de ruimte om te wennen en zoek hulp als dat nodig is. Borstvoeding is niet alleen voeding maar ook een moment van diepe verbinding tussen jou en je baby. Vertrouw op jezelf en geniet van deze bijzondere tijd!